20 jaar Boekstart: herinneringen en toekomstdromen van Iedereen Leest

Sylvie en Els

In 2025 viert Boekstart haar twintigjarig bestaan. Wat begon als Boekbaby’s is uitgegroeid tot een toonaangevend leesbevorderingsprogramma in Vlaanderen en Brussel. Ter gelegenheid van dit jubileum duiken we in de geschiedenis én toekomst van Boekstart. In een reeks interviews spreken we met de mensen die het programma mee vormgaven. Deze keer:  Sylvie Dhaene, directeur van Iedereen Leest, en  Els Michielsen, coördinator van Boekstart.

Els, jij bent vanaf het begin bij Boekstart betrokken. Wat herinner je je nog van de beginjaren?

Els: ‘In de eerste periode lag de focus op het pilootonderzoek, dat liep tot 2008 en zo’n 82 gezinnen in tien gemeenten omvatte. Een belangrijk kantelpunt kwam na dat onderzoek, toen we begonnen samen te werken met de consultatiebureaus van Kind en Gezin. Vanaf 2010 vroegen we ook aan de gemeenten om financieel bij te dragen, waardoor we onze middelen over meer bibliotheken konden spreiden. Tussen 2012 en 2014 volgde een tweede onderzoek, met de nadruk op het bereik van het programma en de impact ervan op ouders. Daarnaast werd onderzocht hoe vrijwilligers en bibliotheekmedewerkers die impact zelf ervaarden. Een andere mijlpaal was de naamsverandering in 2016 - van Boekbaby’s naar Boekstart - met een vernieuwde huisstijl. En het echte doorbraakjaar was 2018, toen de provinciale Boekstart-middelen verschoven naar Vlaams niveau. Doordat deelnemende gemeenten een tussenkomst konden krijgen via Vlaamse middelen, werden ook grote steden zoals Antwerpen en Brussel over de streep getrokken.’

Sylvie, jij leidt Iedereen Leest sinds 2014. Wat was jouw eerste indruk van Boekstart?

Sylvie: ‘Mijn eerste herinnering aan Boekstart is een autorit met Els naar een vergadering over Boekstart met de provincie Limburg. Ik vroeg haar: “Leg me eens goed uit wat Boekstart is.” Pas na vijf keer luisteren begon ik het door te krijgen. Het is een complex en omvattend programma, met veel partners en draadjes. Ik was erg onder de indruk.’

Waarom kozen jullie in 2016 voor een nieuwe naam en vormgeving?
Els: ‘Het programma richt zich op kinderen van enkele maanden tot 2,5 jaar, maar vanaf één jaar zijn het eigenlijk geen baby’s meer. Ouders vinden het niet zo fijn dat hun kind van anderhalf nog een baby genoemd wordt, waardoor ze zich minder aangesproken voelen. Internationaal heette het programma bijna overal Bookstart, dus namen we dat over.’

Sylvie: ‘Het paste ook bij de bredere vernieuwing. “Stichting Lezen” werd in 2016 “Iedereen Leest” en ook de andere campagnes werden in een nieuw jasje gestoken. Dat was niet eenvoudig, omdat alle partners hun communicatie moesten aanpassen, maar de nieuwe huisstijl werd goed onthaald en snel omarmd.’

Wat was voor jullie de grote doorbraak van Boekstart?

Els: ‘De grote groei begon in 2018. Voordien deden vooral gemeenten in de provincies Limburg en West-Vlaanderen mee, die provinciale middelen vrijmaakten om de deelname aan Boekstart aan te moedigen. Maar toen gingen die middelen voor cultuur naar het Vlaams niveau en was de cruciale vraag: zijn we die middelen voor Boekstart kwijt of kunnen we ze behouden?’

Sylvie: ‘Het was een alles-of-niets-moment: of Boekstart gaat door, ofwel is het gedaan. Gelukkig werd het het eerste, en dat was een grote sprong. Zo konden we beginnen dromen van een bredere uitrol over Vlaanderen.’

Els: ‘Toen is het beginnen rollen. Nu doen 284 van de 304 gemeenten in Vlaanderen mee.’

‘Het was een alles-of-niets-moment: of Boekstart gaat door, ofwel is het gedaan. Gelukkig werd het het eerste, en dat was een grote sprong. Zo konden we beginnen dromen van een bredere uitrol over Vlaanderen.’

Sylvie Dhaene
Sylvie

Waar zit voor jullie het grote belang van Boekstart?

Sylvie: ‘Internationaal onderzoek toont duidelijk aan: wie investeert in de allerjongsten, investeert in de toekomst van de hele gemeenschap. De eerste duizend dagen zijn cruciaal, en elke euro die je in jonge kinderen en hun ouders investeert - zeker in de prille levensjaren - betaalt zich ruimschoots terug voor individu en maatschappij.’

Els: ‘Sinds 2017 bestaat het Global Network for Early Years Bookgifting en wij zijn lid vanaf het begin. Dat helpt ook om overheden en gemeenten te overtuigen: Vlaanderen doet dit niet alleen. Boekstart is een beproefd model wereldwijd. Een andere kracht is de gedeelde financiering: de Vlaamse overheid en de gemeenten investeren samen in Boekstart. Omdat gemeenten op vrijwillige basis instappen en meefinancieren, zijn ze ook meer betrokken.’

Was het vanaf het begin duidelijk dat zowel bibliotheken en Kind en Gezin als lokale besturen een rol moesten spelen?
Els: ‘In de eerste jaren richtten we ons alleen op de bibliotheek. Maar de impact is veel groter als je ook het publiek van Kind en Gezin bereikt. Daarom delen we het eerste Boekstart-pakket uit in de consultatiebureaus, met uitleg van vrijwilligers die ouders doorverwijzen naar de bibliotheek voor het tweede pakket.’

Sylvie: ‘Boekstart is een project dat al twintig jaar transversaal werkt. Het laat zien hoe cultuur, gezondheid, welzijn, opvoeding en jeugd kunnen samenwerken. Het programma betrekt een heel ecosysteem: van uitgevers tot consultatiebureaus. Dat is een onwaarschijnlijk grote troef!’

Els: ‘Bibliotheken kijken nu anders naar hun rol in de gemeente. Toen we begonnen met Boekstart vonden veel bibliotheken het vreemd om te gaan samenwerken met de dienst welzijn of consultatiebureaus. Nu zijn dat vanzelfsprekende partners geworden, omdat ze zorgen voor een laagdrempelige toegang tot gezinnen.’

'Bibliotheken kijken nu anders naar hun rol in de gemeente. Toen we begonnen met Boekstart vonden veel bibliotheken het vreemd om te gaan samenwerken met de dienst welzijn of consultatiebureaus. Nu zijn dat vanzelfsprekende partners geworden, omdat ze zorgen voor een laagdrempelige toegang tot gezinnen.’

Els Michielsen

Waarin uit de impact zich concreet?

Els Michielsen

Els: ‘Eerst verspreidden we zo’n duizend boeken per jaar uit, nu zijn dat er ruim 110.000 – ongeveer 50.000 babyboekjes en twee keer 30.000 kartonboeken. Ik merk dat het uitgeversveld daardoor enorm veranderd is. Toen we in 2005 begonnen, was het aanbod aan babyboeken beperkt. Waar we vroeger uitgevers zelf moesten benaderen, melden ze zich nu spontaan: “Wanneer mogen we onze titels insturen?” Ook in bibliotheken zie je een grote evolutie. Er is niet alleen een betere collectie voor baby’s en peuters, maar ook meer aandacht voor de inrichting van de peuterhoek en voor bijkomende activiteiten voor de kleintjes. Ouders weten intussen: ik kan met mijn baby en buggy terecht in de bib.’

Sylvie: ‘Een hoogtepunt daarbij is elk jaar opnieuw Boekstart-dag, die we sinds 2019 organiseren. Een van de mooiste momenten vond ik die in bibliotheek Utopia in Aalst in 2025. De bib deed voor het eerst mee en was onzeker of er wel bezoekers zouden komen. Maar tien minuten voor de start stond er al een rij jonge gezinnen te wachten. De medewerkers waren tot tranen toe ontroerd. Hun allereerste dag als Boekstart-bib was meteen een groot succes!’

Wat zijn jullie toekomstwensen voor Boekstart?

Sylvie: ‘We blijven Boekstart verder ontwikkelen. Zo konden we in het kader van het Leesoffensief twee jaar lang een piloot doen: Boekstart voor kleuters, als brug tussen de voorschoolse en schoolse leeftijd.’

Els: ‘Scholen zetten de stap naar de bibliotheek vaak pas vanaf de derde kleuterklas. Boekstart voor kleuters biedt een kans om die samenwerking eerder op te starten. Het gekozen boek dat de leerkracht voorleest in de klas, krijgt elk kind ook mee naar huis. Zo bereik je weer de gezinnen thuis. De ouders worden uitgenodigd om mee te komen naar een feestelijk moment in de bibliotheek of de klas, waar het boek interactief wordt voorgelezen en er een activiteit bij het boek plaatsvindt.’

Sylvie: ‘Er is een kans dat dit uitgroeit tot een aparte Boekstart-tak, maar de financiering blijft een uitdaging.’

Els: ‘We dromen ook van meer uitleg en omkadering, zoals voorleesmomenten, in het consultatiebureau. Het is de taak van de vrijwilligers om de Boekstart-pakketten uit te delen, dus veel hangt af van hun inzet. Maar het zou een grote meerwaarde zijn als er in de wachtzaal ook iemand voorleest en laat zien wat je met de boeken kunt doen. Dat zou veel betekenen.’

Sylvie en Els

Het favoriete peuterboek van: 

Sylvie: ‘Ik ben een echte kattenliefhebber, dus Poes van Cat Parker en illustrator Aurora Cacciapuoti sprak me meteen aan. Een mama en haar kind gaan wandelen, en het kind roept steeds “Poes!”, terwijl de mama alleen andere dieren ziet. Het kind heeft nochtans gelijk, want de kat zit verstopt op elke pagina, maar dat merk je pas als je goed kijkt. Het laat prachtig zien hoe kinderen vaak naar heel andere dingen kijken dan volwassenen.’ 

 

Els: ‘Ik ben een grote fan van Susanne Strasser. Ze beheerst de kunst om stapelverhalen voor de allerkleinsten te maken: verhalen die steeds gekker en grappiger worden. In Kom, we gaan een boek lezen! wil een kind rustig een boek lezen, maar dan komt eerst de hamster binnen, de zebra, de leeuw, de kat, de vis, de ooievaar, de neushoorn... tot alles in de soep loopt! Alles valt om, iedereen schiet in de lach, en toch komt het goed: eindelijk lezen ze een boek. Ik hou van boeken met zo’n vaart. Én Susanne Strasser komt naar het Boekstart-feest in Antwerpen in november!’