20 jaar Boekstart: terugblik met drie pilootbibliotheken

pilootbiblioheken

In 2025 viert Boekstart haar 20-jarig bestaan. Wat begon als Boekbaby's is uitgegroeid tot een toonaangevend leesbevorderingsprogramma in Vlaanderen en Brussel. Ter gelegenheid van dit jubileum duiken we in de geschiedenis en de toekomst van Boekstart. In een reeks interviews spreken we met de sleutelfiguren. Deze keer: bibliotheekmedewerkers uit Zele, Beveren en Stekene, die zich in 2005 als pilootbib achter Boekbaby’s schaarden.

In 2005 lanceerde Stichting Lezen het pilootproject Boekbaby’s. Het idee was maar vernieuwend: jonge ouders laten zien dat je al vanaf de geboorte samen met je kind in boeken kan kijken. Samen met de lokale bibliotheek kregen 82 jonge ouders een boekenpakket. De tien pilootbibliotheken - vijf in Oost-Vlaanderen en vijf in West-Vlaanderen - zorgden niet alleen voor de verspreiding van de pakketten, maar hielpen ook mee het programma vorm te geven. Voor veel bibliotheekmedewerkers was dit pionierswerk: babyboeken waren bijna niet aanwezig in de collectie en baby’s verwelkomen in de bibliotheek was toen nog ongewoon. Twintig jaar later blikken drie van die startbibliotheken (Zele, Stekene en Beveren) terug op die beginjaren. Wat bleef hen bij en hoe groeide Boekstart uit tot wat het nu is?

Waarom stelde jullie bib zich kandidaat voor Boekbaby’s? 

Hilde Van Kerckhove (Zele): ‘Boekbaby’s was baanbrekend. In bibliotheken bestonden toen geen afdelingen voor baby’s en er waren amper boekjes voor die leeftijd. Ik heb dat echt moeten verdedigen. Collega’s vroegen zich af: baby’s en boeken, wat gaan jullie daarmee doen? Maar ik dacht meteen: wauw, dit is fantastisch!’

Niki Vleeschouwer (Beveren): ‘Ik was toen een jonge collega met zelf baby’s thuis. De verantwoordelijke van de jeugdafdeling had geen tijd voor dit project, dus ik kreeg het in handen. Ik vond het vooral een handig argument dat andere landen zoals Engeland het nut al bewezen hadden en dat Stichting Lezen er meteen een wetenschappelijk onderzoek aan koppelde. Die onderbouwing maakte het makkelijker om anderen te overtuigen, ook binnen onze bibliotheek.’

Herinneringen: van slazwierders tot zwart-witcontrasten

Zijn er herinneringen uit die beginjaren die jullie zijn bijgebleven?

Niki Vleeschouwer: ‘Toen er een babyafdeling in de bib kwam, was het zoeken naar geschikte boeken, want er was nog geen groot aanbod. Ik weet

pilootbiblioheken
© Michiel Devijver

nog dat ik met een grote rugzak naar speelgoedwinkel In den Olifant trok om daar badboekjes, stoffen boekjes, kartonboekjes... te kopen. Een andere vraag was hoe we die materialen konden voorzien van een barcode. We schreven een nummer met dikke stift erop en moesten die telkens opzoeken in een map om een barcode te vinden!’

Hilde Van Kerckhove: ‘Ik herinner me ook vooral praktische vragen, zoals hoe we de boekjes moesten wassen. We wisselden tips uit met andere pilootbibliotheken: iemand stelde voor om een slazwierder en een droogrek te gebruiken.’

Annemie Minnebo (Stekene): ‘Ik heb zelf veel geleerd in die beginperiode, bijvoorbeeld dat baby’s houden van zwart-witte contrasten. Dat soort kennis hadden we daarvoor nog niet.’

Hilde Van Kerckhove: ‘Ja, dat kwam toen op. Ik kocht voor mijn kinderen zelfs een mobiel met zwart-witte blokken, terwijl andere gezinnen draaiende diertjes hadden. Het zag er niet uit, maar ik wist: dit is goed voor de ontwikkeling van baby’s.’

Komen de ouders en baby’s die deelnamen aan het onderzoek nog altijd in de bib?

Annemie Minnebo: ‘Er zijn er zeker drie die ik nog ken. Maar we hebben jammer genoeg weinig foto's uit die beginperiode.’

Nadine Van Hoye (Stekene): ‘De ouders waren altijd tevreden. Ze kregen gratis boeken in een mooi zakje. Vaak waren dat wel ouders die bewust met opvoeding bezig waren, die al de meerwaarde zagen van voorlezen.’

Boekstart-invloed

Wat hebben jullie tijdens de afgelopen 20 jaar zien veranderen?

Nadine Van Hoye: ‘De collectie is enorm uitgebreid. Er zijn ook meer auteurs die voor baby’s en peuters schrijven.’

Niki Vleeschouwer: ‘Het publiek is ook breder geworden. In het begin waren het vooral ouders die sowieso al geloofden in het belang van lezen. Nu bereiken we ook gezinnen voor wie dat nieuwer is. En opvallend: papa’s komen vaker mee. Vroeger waren het de mama's of de grootouders die het pakket kwamen ophalen.’

pilootbiblioheken
© Michiel Devijver

Annemie Minnebo: ‘Er wordt ook anders gekeken naar voorlezen. Mijn kleinkinderen verwachten dat ze voorgelezen worden, die zijn dat gewoon thuis, ook als ze al zelf kunnen lezen. Dat is een mentaliteitsverandering. Ook is er een groter besef dat voorlezen niet alleen gaat over het lezen, maar ook over een boekje leren kennen en dat kinderen daar mee mogen spelen en ontdekken. Het feit dat voorlezen een intiem, gezellig moment is, klinkt nu evident, maar dat was 20 jaar geleden nieuw voor ouders, en zelfs voor ons.’

Hoe heeft Boekstart jullie bibliotheek in de loop der jaren beïnvloed?

Hilde Van Kerckhove: ‘Onze bib heeft een speciale Boekstart-hoek gekregen met houten bomen, groene trapjes en grote kussens. Het is een gezellige, kindvriendelijke plek waar kinderen rustig kunnen zitten, lezen of zelfs even indommelen.’

Annemie Minnebo: ‘Ik herinner me dat ik zelf nog het eerste Boekbaby’s-logo op een doek heb geschilderd. Nu verhuizen we naar een nieuwe bib, waar de jeugdafdeling nog centraler is. Terwijl de ouders rondlopen, leggen de kinderen zich op de zitzakken met een boek en dan zijn ze vertrokken.’

Niki Vleeschouwer: ‘Een van de dingen die ik zo waardeer aan het programma, is de samenwerking met andere organisaties, zoals Iedereen Leest en Kind en Gezin. Dat was in het begin niet evident: je moet de vrijwilligers en verpleegkundigen van Kind en Gezin meekrijgen in het verhaal. Maar zodra dat lukt, versterkt het de band met gezinnen in de gemeente.’

Er is een veel groter besef dat voorlezen niet alleen gaat over het lezen, maar ook over een boekje leren kennen en dat kinderen daar mee mogen spelen en ontdekken. Het feit dat voorlezen een intiem, gezellig moment is, klinkt nu evident, maar dat was 20 jaar geleden nieuw voor ouders, en zelfs voor ons.

Annemie Minnebo

Sinds 2019 is er ook de jaarlijkse Boekstart-dag. Wat betekent die dag voor jullie?

Niki Vleeschouwer: ‘Die dag gaat de aandacht echt naar de baby’s. Het zorgt voor zichtbaarheid van Boekstart, bijvoorbeeld door publiciteit te maken bij de kinderdagverblijven. Zo bereik je gezinnen die anders minder in contact komen met Boekstart. Natuurlijk levert het nieuwe leden op voor de bib, maar het is vooral een kans om te tonen hoe fijn en gezellig het samen lezen kan zijn.’

Hilde Van Kerckhove: ‘Boekstart-dag is een ideaal moment om het programma in de kijker te zetten. Wij maken er telkens iets feestelijks van: elk jaar bestellen we een grote taart met het Boekstart-logo.’

Wat zijn de grootste uitdagingen om van Boekstart een succes te maken? 

Hilde Van Kerckhove: ‘Kind en Gezin meekrijgen is niet altijd evident. Je werkt vaak met iets oudere vrijwilligers en ook de verpleegkundigen moeten een rol daarin opnemen. Het is belangrijk dat ze het pakket niet zomaar uitdelen, maar er uitleg bij geven. Het is soms een uitdaging om iedereen warm te maken voor het programma, zeker omdat de mensen er regelmatig wisselen.’

Annemie Minnebo: ‘Ik nodigde de mensen van Kind en Gezin elk jaar uit naar de bib om de samenwerking te versterken. Ook je collega’s moet je meenemen door uit te leggen hoe ze het pakket moeten overhandigen, hoe ze gezinnen op een warme manier kunnen verwelkomen. Die eerste indruk is cruciaal als je wilt dat mensen terugkomen.’

Nadine Van Hoye: ‘Ik heb zo veel ideeën rond Boekstart, maar tijd is een constante uitdaging en je krijgt steeds meer taken. Ik zou bijvoorbeeld graag met de boeken langsgaan in kinderdagverblijven, maar dat lukt voorlopig niet.’

Hoe kijken jullie terug op 20 jaar Boekstart? Wat is de impact?

pilootbiblioheken
© Michiel Devijver

Annemie Minnebo: ‘Boekstart bereikt gezinnen die anders niet naar de bib komen. Ook die kinderen krijgen nu sneller boeken in de handen. Ik vind het een grote meerwaarde dat het opengetrokken is naar iedereen. Het zorgt voor een laagdrempelig eerste contact met de bib, ook voor mensen die pas in de gemeente wonen. Zo ontdekken ze dat de bib een warme, uitnodigende plek is. En Boekstart is gratis, dat is ook belangrijk.’

Niki Vleeschouwer: ‘Er komen nu ook meer mensen met een migratieachtergrond naar de bib. Dat was in het begin een doelgroep die we zeer moeilijk bereikten. Babyboekjes zonder tekst zijn dan ideaal. Je kunt samen een verhaal verzinnen op basis van de prenten.’

Nadine Van Hoye: ‘Het beeld van de bib is, denk ik, veranderd. Vroeger dachten ouders dat het stil moest zijn en kwamen ze pas als hun kind kon lezen. Nu zie je kinderwagens in de bib. Het is een plek geworden waar kinderen al van jongs af welkom zijn.’

Hilde Van Kerckhove: ‘De opzet van Boekstart is dus geslaagd. Er zijn meer babyboekjes in gezinnen en ouders beseffen beter hoe belangrijk lezen is voor de ontwikkeling van hun kind. Ik wens Boekstart dus toe dat het bestendig blijft. Want ja, er is altijd de financiële drempel - het is niet vanzelfsprekend. Er moeten mensen in blijven geloven en investeren.’

pilootbiblioheken
© Michiel Devijver

Het favoriete kinderboek van Niki, Annemie, Nadine en Hilde 

Niki Vleeschouwer: ‘Nijntje in Dromenland is mijn favoriet. Het was het allereerste babyboek dat ik ooit aankocht voor de bib. Nijntje was natuurlijk al bekend, maar ik vond het geweldig dat er ook een knisperboekje van bestond. Zo schattig! Het is intussen al vaak gebruikt én gewassen.’ 

Annemie Minnebo: ‘Ik ben fan van de boeken over Gonnie en Gijsje, twee schattige gansjes met laarsjes die samen op avontuur gaan. Bij ons thuis was het een groot succes. Ik heb het eindeloos voorgelezen en gaf het ook als tip mee aan ouders.’ 

Nadine Van Hoye: ‘Een kleintje erbij is een favoriet in onze bib. We hebben in Stekene een eigen leesjury, en dit boek won dit jaar bij de kleuters. Op elke pagina duikt een nieuw dier op dat de kinderen kunnen tellen, erg speels en interactief.’ 

Hilde Van Kerckhove: “De knuffels van Jules blijft een topper. Mijn dochter was gek op Jules, en ik bewonder Annemie Berebrouckx om haar verhalen en illustraties. Haar boeken ogen eenvoudig, maar zitten sterk in elkaar, met herkenbare situaties uit het dagelijkse gezinsleven. Het gaat over knuffels, bloemen, planten, maar evengoed over het verlies van een grootouder. Heel ervaringsgericht.’